Op basis van het grondwettelijk verankerde codificatiebeginsel dient het materiële strafrecht in een algemeen wetboek te zijn geregeld. Op deze algemene regeling bestaat een beperkte uitzonderingsmogelijkheid, waardoor ‘bepaalde onderwerpen’ in afzonderlijke wetten geregeld mogen worden. Als gevolg hiervan wordt in het hedendaagse materiële strafrecht onderscheid gemaakt tussen commuun strafrecht en bijzonder strafrecht; respectievelijk het strafrecht dat binnen het Wetboek van Strafrecht is geregeld en het strafrecht dat daarbuiten is geregeld. Het codificatiebeginsel brengt met zich dat de nadruk in het materiële strafrecht behoort te liggen op de algemene regeling. Deze ratio komt tot uitdrukking in de algemene uitgangspunten die aan de basis liggen van het Wetboek van Strafrecht. Van deze algemene uitgangspunten mag in het bijzonder strafrecht slechts in beperkte mate worden afgeweken. Het schuldbeginsel en het legaliteitsbeginsel zijn bepalende uitgangspunten voor de vormgeving van het materiële strafrecht. In deze studie is onderzocht in welke mate de huidige strafrechtspraktijk beantwoordt aan de ratio van het codificatiebeginsel. Hierin is naar voren gekomen dat binnen het bijzonder strafrecht de omgang met het legaliteitsbeginsel en het schuldbeginsel regelmatig afwijkt van de algemene uitgangspunten. Niet zelden zijn deze afwijkingen vervolgens veralgemeniseerd, waardoor een beweging is ontstaan die niet goed verenigbaar is met het codificatiebeginsel. In dit onderzoek is deze beweging zichtbaar gemaakt. De hieruit volgende conclusies en aanbevelingen strekken tot een betere afstemming van het bijzonder strafrecht op het commune strafrecht, en tot een adequater onderhoud van het materiële strafrecht in de geest van het codificatiebeginsel. Dit is een boek in de Meijers reeks. De reeks valt onder verantwoordelijkheid van het E.M. Meijers Instituut voor Rechtswetenschappelijk onderzoek van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid van de Universiteit Leiden. Het onderzoek werd verricht in het kader van het facultaire onderzoeksprogramma ‘Criminal Justice: Legitimacy, Accountability and Effectivity’.