Het Handboek Strafbare Discriminatie behandelt de discriminatieartikelen uit het Wetboek van Strafrecht en de commune delicten met een discriminatieaspect. De discriminatieartikelen worden toegepast als bijvoorbeeld iemand een complottheorie over Joden op het internet plaatst, als een groep jongeren vanwege hun huidskleur wordt geweigerd bij een discotheek of als twee mannen op straat worden mishandeld omdat zij hand in hand lopen.
De aanpak van discriminatie door het strafrecht is een krachtig middel en vraagt daarom om een zorgvuldige afweging van het Openbaar Ministerie (OM). De kennis en expertise die hierover door het Landelijk Expertisecentrum Discriminatie (LECD) in de loop der jaren is opgebouwd, is in dit handboek bijeengebracht. Aan de hand van de wetsgeschiedenis, jurisprudentie en sepotbeslissingen wordt uitleg gegeven over deze wetsartikelen.
Het handboek is bedoeld als een handreiking voor medewerkers van het OM die een discriminatiezaak moeten behandelen, van de beoordeling tot en met de behandeling daarvan ter terechtzitting. Ook voor andere juristen, die in de rechtspraktijk te maken krijgen met de discriminatieartikelen, is dit handboek een nuttige leidraad.
Het LECD is sinds 1998 het intern expertisecentrum van het OM op het gebied van discriminatie. Het expertisecentrum houdt zich bezig met het opbouwen en bijhouden van kennis en jurisprudentie en signaleert actuele ontwikkelingen op het gebied van strafbare discriminatie. Naast advies geeft het LECD ook handelings- en beoordelingskaders in een zaak, vanaf het moment van opsporing en onderzoek tot een uitspraak van de hoogste rechter.
Dit boek is het tiende boek in de serie ‘OM-reeks’. De ‘OM-reeks’ is een boekenreeks waarin juridisch inhoudelijke publicaties verschijnen met onder werpen die gerelateerd zijn aan het werk van het Openbaar Ministerie. De ‘OM-reeks’ staat onder redactie van prof. mr. A.E. Harteveld (advocaat-generaal bij de Hoge Raad en bijzonder hoogleraar toezicht op strafvorderlijk overheidsoptreden aan de Rijksuniversiteit Groningen), prof. mr. M.E. de Meijer (senior advocaatgeneraal bij het ressortsparket en bijzonder hoogleraar Openbaar Ministerie aan de Universiteit van Amsterdam) en prof. mr. R. Robroek (directeur van het Wetenschappelijk Bureau van het Openbaar Ministerie en bijzonder hoogleraar Openbaar Ministerie aan de Universiteit Utrecht).