Januari 1999. Nederland is in de greep van de verdwijning van het dertienjarige meisje Sybine Jansons uit Maarn. Ze fietste van school naar huis en is nooit aangekomen.
Vanaf het eerste moment wordt een grootscheepse zoekactie op touw gezet. Buren, vrienden, politie en mariniers kammen de bossen in de omgeving uit. Politiehelikopters zoeken met infrarood licht. De media geven op grote schaal bekendheid aan de verdwijning. Scholen en kerkelijke organisaties leven massaal mee. Op 24 februari wordt het lichaam van Sybine gevonden in een kanaal bij Breukelen.
Wat is er gebeurd? Als later de zedendelinquent Martin C. wordt opgepakt en terechtstaat, houdt deze zijn mond. De ware toedracht blijft onduidelijk. In dit boek reconstrueert vader Arjen Jansons wat er gebeurd moet zijn. Het is het gruwelijke verhaal van een gewetenloze man die door een juridische handigheid op vrije voeten kwam en genadeloos toesloeg. Jansons schrijft minutieus en met een grote dossierkennis. Het boek is een aanklacht, waarschuwing en adembenemend verhaal ineen. Een monument voor Sybine, die tot het laatst toe vocht.