In het voorjaar van 1813 was het Franse leger nog maar een schim van de Grande Armée die een jaar eerder naar Moskou was getrokken. Dus voor zijn nieuwe Duitse campagne had Napoleon snel een nieuw leger nodig. Door het hele Franse keizerrijk werden opnieuw conscrits opgeroepen.
Zo ook de 24-jarige medicijnenstudent Carolus Blomme uit het Vlaamse Nevele. Hij werd niet opgeroepen voor het leger, maar als chirurgijn in de service de santé. Carolus trok via Mainz en Dresden naar Leipzig, waar hij half oktober de ‘Volkerenslag’ bijwoonde en die het Franse leger opnieuw verloor. Later werd hij in Worms gevangengenomen door de Russen en als ‘Hollander’ weer vrijgelaten. In de ijzige winter van 1814 trok hij via Düsseldorf naar Amsterdam en wachtte tot de geallieerde legers ook Vlaanderen bevrijd hadden.
Op zijn negen maanden durende tocht hield Carolus een dagboek bij dat veel weg heeft van het verslag van een grand tour. In dit boek worden de belevenissen en de reis van Carolus Blomme in een historisch kader gezet en gevolgd door de integrale Nederlandse vertaling van zijn dagboek.
Met meer dan 60 afbeeldingen in kleur.