Dit boek behandelt op eigenzinnige wijze de geschiedenis van de polyfone muziek, en wel aan de hand van veertig portretten, van John Dunstaple tot Philip Glass, en zestig medaillons, van Johannes Ockeghem tot Jennifer Higdon (net als in een vorig boek van Ouweneel: Een snoer van vrouwen). Speciale aandacht wordt gegeven aan de manier waarop de componisten hun leerlingen en opvolgers beïnvloed hebben, en hoe op deze wijze hele leraar-leerling-'snoeren' zijn ontstaan. Honderden componisten worden in dit boek aan zulke 'snoeren' gehangen, elk met hun eigen talenten en eigenaardigheden. Mede door de zestig excursen (over thema's variërend van kerktoonsoorten en seculiere middeleeuwse muziek tot hedendaagse elektroakoestische muziek, niet-westerse en ? lmmuziek) wordt een compleet overzicht van de muziekgeschiedenis geboden.