Elke stad heeft zijn eigen volksbuurt. Zo'n buurt met een stigma, zo'n buurt ook waarvoor anderen doorgaans evenveel ontzag als afkeer koesteren. De bewoners hebben er een eigen manier van leven die hen veel heeft gebracht, in ieder geval de kunst van het overleven. Ze heeft ook iets gekost. De buurten lijken namelijk anarchistisch, maar het wemelt er tegelijkertijd van de regels en de sociale controle werkt soms verstikkend.
In deze wijken verzetten ze zich hardnekkig tegen opname in de normale, 'burgerlijke' samenleving. De wet wordt niet altijd zo serieus genomen en de autoriteiten krijgen er lastig vat op. Mensen in deze buurten zorgen voor elkaar. Zij vormden al een 'participatiesamenleving' lang voordat dat woord in het moderne beleidsjargon opdook. Dat is goed te begrijpen als je de geschiedenis van die wijken kent, maar met de zelfredzaamheid kan het uit de hand lopen, zeker als (drugs-)criminaliteit haar intrede doet.
In dit boek beschrijft Pieter Tops op indringende wijze de geschiedenis van de Vogeltjes- en de Visserijbuurt in Tilburg. Het is de unieke en tegelijk exemplarische geschiedenis van twee volksbuurten met hun eigen mythes en legendes; buurten die bepaald niet normloos zijn - al hanteren de bewoners er lang niet altijd de normen van de rest van de samenleving.