Deze uitgave beschrijft de essenties van elke niet-klankzuivere categorie, als naslagwerkje voor dagelijks gebruik.
A. inheemse categorieën. De kinderen oefenen eerst alleen met de minder complexe woorden, om te voorkomen dat er al categorieën meedoen waarmee ze nog niet hebben kennisgemaakt.
B. uitheemse categorieën. Deze vragen meestal meer inspanning, doordat de klanken niet altijd anders zijn dan bij de inheemse woorden, maar de letterkeuze wel. Hierbij komen ook de vier uitheemse letters (c, q, x en y) aan de orde.
C. categorieën die betekenisverschillen centraal stellen. Denk aan wel of niet aanelkaar schrijven, wel of niet een tussen-n of tussen-s en afkortingen.
Het bijbehorende oefenmateriaal staat op www.hettaallab.nl. De oefenkaarten bestaan per type steeds uit twee series. Serie 1 is steeds gericht op die categorie. In serie 2 kunnen er in een woord meerdere categorieën voorkomen. Daarom komen die pas aan de beurt als ze alle kaarten van serie 1 met goed gevolg geoefend hebben.