Tino’s reis is een indrukwekkende, rijk gedocumenteerde kroniek over Tino’s leven en dat van zijn familie tegen het licht van de geschiedkundige achtergronden in de jaren 1921 - 1986.
Hoe bepaalde de wereldgeschiedenis hun keuzes? Wie waren zij?
I Tino’s vader, een gereformeerde bovenmeester, politiek gevangene in “Oranjehotel” Scheveningen en drie Duitse concentratiekampen in de Tweede Wereldoorlog, en zijn vader, een orgelbouwer;
II Tino’s (bijna-)schoonvader, krijgsgevangene in Polen in de Tweede Wereldoorlog en zijn grootvader, een redder van schipbreukelingen;
IV Tino’s broer, dienstplichtige op Java in 1946 en 1947, overleefde de eerste "politionele actie" in 1947, maar keerde niet terug;
V Tino, ondergedoken student, idealistisch koloniaal, en Fijke, naailerares, op Celebes in Indië in 1946 tot 1950;
VI Tino reisde namens de Sticusa van 1950-1986 naar Suriname en de Antillen en werd ereneger in het binnenland van Suriname.