De schrijver (1966-*) heeft fysische geografie gestudeerd aan de Universiteit van Utrecht. Maureen en Marnix wonen in de buurt van het Wilhelminapark (Utrecht). Maureen leest een boek over de White Goddess. Marnix zakt af naar het zuiden om daar het oorspronkelijke boek 'Belangrijke vragen van Maria' op te sporen in diverse crypten.
Maureen specialiseert zich in de feministische bevrijdingstheologie. Ze komen op het spoor van Maria Magdalena. In Soemer werd ze Inanna genoemd en in Babylonië heette ze Isjtar. De Perzen aanbaden Anahita, terwijl de Kanaänieten, de Hebreeën en de Feniciërs knielden voor het altaar van Anat, ook wel Astarte genaamd. In Egypte droeg ze de naam Isis. In Lydië werd ze Cybele genoemd en bij de Romeinen heette ze Venus. De Grieken kenden haar als Aphrodite.
Uiteindelijk vinden ze in de Magdalena crypte een onbekend evangelie dat ook nog eens feministisch blijkt, avant la lettre.