In dit boek worden alle overtredingen uit het wetboek van strafrecht behandeld (boek drie). Hierbij is per delict gekozen voor de driedeling: algemeen, wettekst en de bestanddelen. Hierbij komt de wetshistorie aan bod, alsook de jurisprudentie. Het boek is voorzien van 800 voetnoten.
Voor de overtredingen betekent dit dat ver in de tijd teruggegaan wordt omdat weinig rechtsvormende jurisprudentie aanwezig is inzake overtredingen. De aard van de (lichte) afstraffing is voor menig partij reden om niet tot de Hoge Raad te procederen.
Het boek is geschikt voor strafrechtstudenten maar is met name voor de strafrechtpraktijk geschreven om per delict te kunnen duiden wat de wetgever wilde en hoe de rechter daarmee omgaat. Om vervolgens goed geïnformeerd een eigen standpunt in te kunnen nemen.