In het Leipzig van 1681 wordt de vijftienjarige Anna Voigt beschuldigd van het doden van haar pasgeboren baby. De autoriteiten willen haar veroordeeld zien, maar Anna’s machtige vader en een vooruitstrevende arts komen voor haar op. De arts ontwikkelt de ‘longdrijfproef ’, een nieuwe wetenschappelijke methode om te bewijzen dat de baby doodgeboren was en geen slachtoffer van moord. Terwijl Anna volhoudt dat ze onschuldig is, staat ze tegenover een meedogenloze
officier van justitie en een getuige uit haar eigen huishouden.
De longdrijfproef is een aangrijpende historische roman over de botsing van twee werelden: de uitlopers van de middeleeuwen ontmoeten het vroege begin van de verlichting, tegen de dramatische achtergrond van een barokke wereld. Het verhaal is gebaseerd op ware gebeurtenissen, die de auteur nauwgezet ter plekke, in Leipzig, heeft onderzocht.