Tussen 1958 en 1974 verschenen acht boeken van de mysterieuze schrijver Wei Wu Wei.
Vingers die in de richting van de maan wijzen was het eerste boek van zijn hand en is een uitzonderlijk spiritueel geschrift.
In 58 overwegingen behandelt hij onderwerpen als ruimte en de vierde dimensie van tijd, het tijdloos zijn van het nu, hoe de realiteit zich aan ons manifesteert, fysica, metafysica en de grillen van het ego. Hij schreef dit boek voornamelijk voor zichzelf, omdat dit hem zou helpen als Pelgrim op de Weg. Wei Wu Wei put uit verschillende tradities zoals zen, boeddhisme, taoïsme en het onderricht van Ramana Maharshi, om zo in de richting van ‘de maan van weten' te wijzen.
Hoewel dit boek ruim zestig jaar geleden geschreven is, zijn zijn overpeinzingen nog steeds, voor iedereen die op zoek is naar de essentie van zijn bestaan, inspirerend en opmerkelijk actueel.
Zijn radicale zienswijze maakt het een boek om te lezen en te herlezen, in de hoop dat de boodschap de lezers uiteindelijk verbindt met zijn eigen latente inzicht.