Hartstikke mooie pompoenen heb ik gekweekt. Ik ging naar Albert Heijn, kocht daar een biologische Hollandse pompoen en mijn kweekprogramma ging van start. In 2014 was dat, gelukkig heb ik de foto’s nog. Want voor veel meer dan een mooi stilleven waren mijn pompoenen niet geschikt. Geel en klein waren ze, uiteindelijk heb ik ze weg gegooid.
Leuk is het, even zelf iets zaaien van de pitten die je uit een pompoen van de supermarkt hebt gehaald. Het is maar een tuintje, de opbrengst doet er niet toe. Maar slim is het eigenlijk niet. Hollandse pompoen bestaat niet als ras, net zo min als gewone pompoen. Het zou een Uchiki-Kuri kunnen zijn, maar er zijn talloze andere oranje pompoenen. En wie zegt dat het geen F1 hybride is? Een pompoen waarvan het zaad niet dezelfde nakomelingen geeft als de moedervrucht. Tuinders kweken van alles, de supermarkt is ook geen zaaigoedhandel.
Tien biologische zaden Uchiki-Kuri kosten ongeveer twee euro, waarschijnlijk heb ik komend najaar wel 20 liter pompoensoep. Het jaar daarna heb ik honderden zaden die ik kan herleiden tot die tien zaden. Die kan ik met een gerust hart zaaien, weg geven of ruilen. Of ik begin zelf een zaadhandel.
Uit De pompoenboer