Pim den Braven werkt als koster in de kerk van Hardinxveld. Op zondag ochtend na de kerk gaat de telefoon. Hij wordt ingelicht dat bij een naastliggend dorp de klepel uit de kerkklok is gestolen. Als dit een tweede keer gebeurt krijgt Pim de kriebels om de zaak op te lossen. Hij weet in de schijnwerpers van de plaatselijke agent te komen die hem in vertrouwen neemt. Pim gaat samen met agent de Jong op pad om de dief op te sporen. Via winkels komen ze bij een touwfabriek waar gedetineerde werken. Alles wordt onder de loep genomen om aanwijzingen te vinden. Uiteindelijk maakt de dief een paar fouten en komen ze erachter wie hij is. Met hulp van de kosters van de naastliggende gemeenten komen ze steeds dichter bij hem. Helaas staat de kerkenraad niet achter Pim zijn bedoelingen en moet hij veel zaken in de kerk alleen oplossen. Zelfs als de zoon van de dominee is betrokken bij een kwajongens streek. Maar dan komt de dief de klepel van Hardinxveld stelen. Pim moet zijn uiterste best doen om de dief niet uit het oog te verliezen zonder zelf te verongelukken. Krijgt Pim hem te pakken?