Een ronde wereld heeft geen invalshoeken. Dat is wat Mier, in haar beste momenten, met hart en ziel uitdraagt. In weerwil van de zwaartekracht.
In haar zoeken naar Zen rekent ze daarom op haar medebewoners Muis, Nijlpaard, Camel, Haas, Reiger, Uil, Aap en Lama. Ze dragen allemaal bij aan een completer beeld, en dat ondanks (of dankzij) hun eigen beperkingen en selectieve voorkeuren. Zoals Haas, die geilt op alles met een wit pluimpje, Camel die nergens niet-rokend wordt aangetroffen, Uil die de last van wijsheid draagt, Lama, de yoga-freak, Reiger, die meestal in zijn wiek geschoten is, Aap, who couldnâ t care less, en tot slot het innige maar ongerijmde setje: Nijlpaard (ook wel Hippo geheten) en Muis, die het op haar beurt niet kan nalaten te piepen over alles wat voor verbetering vatbaar is.
In wisselende settings bespreken ze kleine geheimen en grote onhebbelijkheden. Maar ook Mark Rutte, Miers aanstaande depressies, honden, herfst, de kapper, en de eurocrisis. Alle misverstanden en verschillen ten spijt - wat bindt, is humor en saamhorigheid!
Voor Mier moet de conclusie dan ook zijn dat Zen niet een staat van Zijn is, maar - in de woorden van Lama - een route op blote voeten.