Dit boek beschrijft de geschiedenis van het naoorlogse België, meer bepaald van de dertig 'gloriejaren' van wederopbouw en economische boom na de Tweede Wereldoorlog tot de eerste verkiezing van het Vlaams Blok in 1978. Het vertelt die historie met de nadruk op de mensen die uit andere landen hierheen gekomen zijn, en op de invloed die ze daarmee hebben gehad. Want de sterke groei die West-Europa toen beleefde, zou onmogelijk zijn geweest zonder de arbeidsmigranten uit de landen rond de Middellandse Zee. Migratie heeft van België een ander land gemaakt. 32% van de Belgen heeft vandaag de dag een migratieachtergrond. In de jaren na de Tweede Wereldoorlog was dat nog geen 5%. De impact die die nieuwkomers hebben gehad op de Belgische samenleving - op economisch, sociaal, cultureel en politiek gebied - is immens. Dit boek vertelt enerzijds de verhalen van de immigranten zelf - vooral van de drie grootste etnische minderheden: de mensen van Italiaanse, Turkse en Marokkaanse afkomst - en van de autochtonen die met hen samenleven. Maar het schetst anderzijds ook de bredere binnen- en buitenlandse context waarbinnen hun levens zich hebben afgespeeld. Op die manier wordt het ook een verhaal over 'België in de wereld' dat voor veel lezers nieuw zal zijn, aangezien het nu nauwelijks deel uitmaakt van onze gecanoniseerde Belgische geschiedenis zoals die in het onderwijs, in musea of in de media wordt overgedragen.