Al meer dan zestig jaar richt fotograaf Nico Koster (1940) zijn camera op kunstschilders. Hij bezocht ze in hun ateliers, won hun vertrouwen en raakte met verschillende goed bevriend. Koster: ‘Kunstenaars zijn interessante mensen en ik was oprecht door ze gefascineerd. Van Heyboer tot Appel, ze waren allemaal anders en altijd bijzonder. Achter iedere foto zit een verhaal.’
Nico Koster vertelt hoe hij met Corneille door Cuba reisde, samen met Karel Appel Japan bezocht en een fotoboek maakte met Anton Heyboer. In dit boek vertelt hij het verhaal achter zijn foto’s en hoe hij deze ontmoetingen beleefde. En passant biedt Koster een verassende blik achter de schermen van de kunsthandel. Het boek bevat tevens een selectie van de kunstwerken die Nico Koster persoonlijk ontving van de schilders.
In dit boek staan natuurlijk ook Kosters foto’s van de belangrijkste Nederlandse naoorlogse kunstenaars. De Cobra-schilders zijn allemaal vertegenwoordigd. Ook de kunstenaars die nauw aan de beweging waren verbonden komen aan bod: o.a. Tajiri, Jan Sierhuis, Jan Cremer en Anton Heyboer.
Nico Koster begon als buitenstaander maar werd insider toen hij, samen met Tom Okker, zijn eigen galerie Jaski startte. Het gaf hem een unieke positie om de kunstwereld van binnenuit te observeren en vooral te fotograferen.
‘Een tijdscapsule van de na-oorlogse Nederlandse kunstgeschiedenis.’
Fotograaf Nico Koster werkte voor De Telegraaf en won de Zilveren Camera. Voor dit boek sprak hij uitgebreid met publicist Mark van den Tempel.