In Het huis van Argus schetst Huub Dijstelbloem de contouren van een politiek van de wakende blik. Volgens Dijstelbloem bevinden wij ons in de overgang van een vocale democratie naar een 'oculaire' democratie: waar eerst de stem (als vertolker van ideee¨n en projecten) centraal stond, is dat nu het oog (als toezichthouder op wat de overheid zoal doet). Deze zintuiglijke verandering gaat gepaard met een verandering in de gerichtheid van de politiek: waar eerst de toekomst centraal stond (hoe willen wij het land inrichten?), staat nu het verleden centraal (wat is er misgegaan en wiens schuld is dat?). Dijstelbloem laat in zijn boek zien hoe wij, als burgers, in die reconstructie een tegenmacht kunnen ontwikkelen tegenover de verbeelding van het politieke establishment. Wij moeten hiervoor onze vaardigheid als publieke detectives ontwikkelen.
Huub Dijstelbloem (1969) is hoogleraar filosofie van wetenschap en politiek aan de Universiteit van Amsterdam, en is als onderzoeker verbonden aan de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid. Samen met Willem Schinkel richtte hij het Instituut voor Publieke Verbeelding op. Hij was initiatiefnemer van Science in Transition en publiceerde verschillende boeken op het snijvlak van politiek, technologie en wetenschap.