Kindermishandeling is een individueel én een maatschappelijk probleem. Als de slachtoffers jongens of mannen zijn, is er vaak weinig aandacht voor hun problemen. Hun kwetsbaarheid wordt gemakkelijk weggewuifd. Mannen moeten stoer zijn en handelend optreden, zo is het gangbare beeld. Maar wat als je een jongen bent en door een volwassene mishandeld of misbruikt wordt?
Mannen die als kind mishandeld zijn praten daar zelden over. Schaamte en de angst niet geloofd te worden spelen daarbij een rol. Eén luisterend oor, één iemand die te vertrouwen is, kan voldoende zijn om het zwijgen te doorbreken. Hoe eerder dat gebeurt, hoe beter, zo blijkt uit de authentieke levensverhalen die de auteur in het eerste deel van dit boek heeft opgetekend.
Zij voerde openhartige gesprekken met mannen in verschillende levensfasen. Die beschreven wat er met hen gebeurd is en wat dat betekent voor het leven dat zij nu leiden. De inzichten uit deze gesprekken worden nu gedeeld met de lezers. Voor hen zou dat aanleiding kunnen zijn ook zulke gesprekken te voeren, of zij nu slachtoffer, dader of hulpverlener zijn.
Het tweede deel van dit boek geeft achtergrondinformatie bij de gevolgen van kindermishandeling en seksueel misbruik van jongens. Onderwerpen die daarbij aan bod komen zijn: seksuele opvoeding, weerbaarheid, stressreacties en traumaverwerking bij mannen, PTSS, EMDR, de inzet van ervaringsdeskundigheid en de participatie van slachtoffers bij de aanpak van kindermishandeling.
Dit boek is tot stand gekomen in samenwerking met Stichting Alexander: jeugd actief in onderzoek en beleid.