Je gaat op allerlei manieren aan de slag met schrijven. Je chat, je schrijft notities en kaartjes, formele en informele e-mails en brieven naar bekenden en onbekenden.
Je bereidt je voor op het examen.
Je herhaalt en leert:
- een berichtje sturen naar bekenden;
- een e-mail en een brief schrijven, zowel formeel als informeel (onder andere een klacht sturen, informatie aanvragen, een uitnodiging accepteren of afwijzen);
- de juiste tijden van het werkwoord gebruiken;
- een goede Engelse zin maken;
- een kort bericht schrijven;
- een kort verhaal over jezelf schrijven;
- je goed voorbereiden op het examen.