In deze niet eerder uitgegeven preek van Wilhelmus À Brakel (1635-1711) staat Hooglied 6:13 centraal: 'Keer weder, keer weder, o Sulammith! Keer weder, keer weder, dat wij u mogen aanzien.'
We weten dat dit vers veel voor À Brakel betekende. Niet voor niets had hij zijn dochter en enig kind ‘Sulammith’ genoemd. De betekenis van deze naam is veelzeggend: ‘kind des vredes’. À Brakel maakt in deze preek duidelijk dat de kerk en al haar leden ertoe geroepen zijn om ‘kind des vredes’ te zijn. Met andere woorden: om kerkelijke eenheid en vrede te zoeken. In dit vers roept de Heere Jezus Christus Zijn bruidskerk daartoe met ernst op.
Deze thematiek lag À Brakel na aan het hart. De spanningen binnen de vaderlandse kerk namen in zijn tijd toe en hier en daar scheurden mensen zich af. Het is een buitengewoon actuele preek in onze tijd van kerkelijke verdeeldheid.
Vertaald door ds. J.A. de Kok, predikant van de christelijke gereformeerde kerk te Utrecht-West (ICF-gemeente).