Tegenover Artis in Amsterdam verrees in 1866 het St.-Jacobsgesticht. Dit grootste rooms-katholieke bejaardenhuis boven de grote rivieren was oorspronkelijk bestemd voor een paar honderd arme, oude lieden. De Zusters van Liefde van Tilburg zwaaiden er de scepter. Veel bewoners konden zich niet aan de strenge discipline onderwerpen; er waren jaarlijks 'gestichtsverlaters'. Pas na 1925 werd het leven in Sint-Jacob wat aangenamer. Vanaf 1954 ging het 'rustoord' aan kop in de professionalisering van de bejaardenzorg in Nederland. 'Porta Coeli' was de eerste, erkende opleiding voor religieuzen én leken tot bejaardenverzorgster. Na 1966 namen de leken Sint-Jacob geleidelijk over. Tot het einde van de exploitatie in 2015 had het huis een plaats in de voorhoede van Nederlandse bejaardenhuizen. Sint Jacob in de Plantage is een onthullend portret van 150 jaar katholiek leven en werken in de hoofdstad.