In Delfland nam in de zestiende eeuw de wateroverlast flink toe als gevolg van landschappelijke veranderingen en zware stormen. De regionale bestuurders, de hoogheemraden, meenden dat bestuurlijke centralisatie een belangrijke bijdrage zou kunnen leveren aan de verbetering van het waterbeheer. De lokale ambachtsbestuurders zagen hun eeuwenoude autonomie in gevaar komen en waren het hier totaal niet mee eens. Dit leidde tot talloze conflicten over het waterbeheer, waarbij ook andere spelers als dijkgraven en ambachtsheren betrokken raakten. Opvallend is dat de omvang en de inhoud van de diverse vormen van verzet tegen de hoogheemraden sterk verschilde per ambacht. In deze bestuurlijke geschiedenis van het Hoogheemraadschap van Delfland laat Carla de Wilt zien, dat naast de landschappelijke en waterstaatkundige verscheidenheid, de participatiecultuur op lokaal niveau een verrassende verklaring biedt voor dit verschil.