De Antwerpse dichteres Anna Bijns (1493-1575) was een van de eerste Nederlanders die op de nieuwe leer van de reformator Martin Luther reageerde. Vaak wordt gesteld, dat zij in haar gedichten vooral haar haat ten opzichte van Luther verwerkte, wat vervolgens gekoppeld wordt aan haar vrouw-zijn. Haar 'refreinen' zouden weliswaar meeslepend zijn, maar geen argumentatieve waarde bezitten. Met behulp van een nieuwe methode, een combinatie van klassiek letterkundig onderzoek en een benadering uit de argumentatietheorie, toont Judith Keßler overtuigend aan dat dit beeld niet klopt. Anna Bijns maakte gebruik van verschillende argumentatiestrategieën die een grote overtuigingskracht moeten hebben gehad. Bovendien zijn de refreinen in de gedrukte bundels programmatisch gerangschikt, om des te meer effect te bereiken in het publieke debat rond Luther. Princesse der rederijkers brengt de sterke en invloedrijke positie van dichteres Anna Bijns helder naar voren.