Sinds haar ontstaan in de twaalfde eeuw is de universiteit een internationale aangelegenheid geweest. Op zoek naar kennis en inzicht trokken zowel studenten als geleerden over de grens. In de negentiende en de twintigste eeuw kreeg dit verschijnsel echter bijzonder trekken, omdat er een spanningsveld ontstond tussen het nationalisme en deze internationalistische ondertoon van het universitaire bedrijf. In deze bundel blijkt dat internationalisering vele gezichten heeft: van studenten op zoek naar leermeesters, collega-onderzoekers die elkaar in het laboratorium willen opzoeken, politieke vluchtelingen die hun talenten elders willen ontplooien, invloed van wetenschappelijke theorieën en wetenschappelijk thema's die alleen maar in internationaal verband onderzocht kunnen worden tot een regelrechte brain drain.Inhoud: LEEN DORSMAN, Over de grens: inleiding DIRK VAN DELFT, Koude drukte. Het laboratorium van Heike Kamerlingh Onnes als internationaal centrum voor lage-temperaturenonderzoek DAVID BANEKE, Groningen - Leiden - de wereld. De succesvolle internationalisering van de Nederlandse astronomie LINDIE KORF, De Afrikaner nationalisten: producten van het Nederlandse hoger onderwijs? De casus van D.F. Malan, 1900-1905 MARIJN HOLLESTELLE, Paul Ehrenfest: katalysator van de internationale fysica PETER JAN KNEGTMANS, Gesloten grenzen? Spanningen rond de benoeming van buitenlanders aan Nederlandse universiteiten, 1918-1940 RUUD ABMA e.a., De Utrechtse School: 'ontmoeting over grenzen' GEORGE HARINCK, Internationalisering aan de Vrije Universiteit