Reynaert de Vos, Tijl Uilenspiegel, Robinson Crusoë Deze namen staan in ons collectieve geheugen gegrift, maar hebben we wel allemaal dezelfde Reynaert, dezelfde Tijl, dezelfde Robinson, Gulliver, Münchhausen en Don Quichot voor ogen? De meeste mensen kennen deze personages namelijk niet uit de oorspronkelijke verhalen, maar uit hervertellingen, uit kinderboekbewerkingen die elke nieuwe generatie lezers een nieuwe generatie helden bieden. Helden, die net zoveel van hun literaire voorvaderen kunnen verschillen als familieleden van elkaar. Juist omdat deze 'klassiekers' steeds worden aangepast, vormen ze een prachtige bron voor het achterhalen van opvattingen over kinderen, opvoeding, onderwijs en literatuur door de tijd heen. In Meesterwerken met ezelsoren laat Sanne Parlevliet heel mooi zien hoe bewerkingen van literaire klassiekers zich tussen 1850 en 1950 in een wankel evenwicht bevonden tussen moralisme en vermaak, gevaar en bescherming, massaproductie en literatuur, ethiek en esthetiek.