De historie van de Haarlemse doopsgezinde weeshuizen gaat terug tot 1634. Het oudste weeshuis was niet alleen een van de eerste weeshuizen in Haarlem, maar ook een van de eerste doopsgezinde weeshuizen in heel Nederland. In de daaropvolgende 375 jaar maakten bewoners en regenten een boeiende geschiedenis door, nauw verbonden met het wel en wee van de stad en de verschillende doopsgezinde gemeentes. Wezen en weldoen gaat vooral in op alle facetten van het dagelijks leven van de weeskinderen tot aan de sluiting van het laatste tehuis in 1962. Daarnaast besteden de auteurs ruime aandacht aan regenten en regentessen: van de zeventiende tot in de twintigste eeuw waren zij belangrijke figuren in het Haarlemse economische, culturele en politieke leven. Tegenwoordig richt de Stichting Weeshuis der Doopsgezinden zich voornamelijk op de ondersteuning van jongerenwerk in Nederland en daarbuiten.