De ouders van de 15-jarige Henry vinden thuis maar één
persoon echt belangrijk. En dat is zijn broertje Alfred.
Henry mag niet met hem stoeien. Hij mag hem niet plagen.
‘Voorzichtig met Alfred!’, zeggen zijn ouders altijd. Want
Alfred is bijzonder. Hij heeft autisme. Zijn ouders zijn de
hele dag met hem bezig. Ze denken alleen aan hem.
Henry wordt er moe van.
Al die zorgen van zijn ouders zijn helemaal niet goed voor
Alfred, vindt Henry. En op een dag heeft hij er genoeg van.
Hij zal Alfred eens een lesje leren. Hij weet wel dat het
gemeen is. Maar hij kan het niet laten …