Traditioneel wordt elke ziekte door de arts, en gewoonlijk ook door de patiënt zelf, gezien binnen het kader van een welbepaalde diagnose. Voor iedere aandoening is er specifieke zorg en medicatie. We zien echter,
los van de diagnose, heel wat overeenkomsten in de ervaringen van personen met een chronische aandoening. De meesten worden geconfronteerd met vermoeidheid, pijn en onzekerheid, maar ook met organisatorische of financiële
problemen, met moeilijkheden in contact met huisgenoten, vrienden of collega’s.
An Debaene liet zestien personen aan het woord die getuigden over hun ziekte. Daarmee hoopte zij die overeenkomsten en parallellen te vinden. Met dit boek wil zij de persoon met een chronische aandoening erkenning geven, personen met verschillende chronische aandoeningen dichter bij elkaar brengen en de samenleving wijzen op de verschillende aspecten die het welbevinden en de levenskwaliteit van de chronisch zieke mee bepalen. Wat ervaren zij hetzelfde, wat bindt hen en hoe zouden zij een steun kunnen betekenen voor elkaar? Maar ook, wat kunnen anderen, niet chronisch zieken en zorgverleners ‘mee-dragen’ en doen.
An Debaene is licentiaat in de communicatiewetenschappen (KULeuven) en contextueel therapeut (Leren over Leven). Zij lijdt aan een chronische aandoening en is daardoor ervaringsdeskundige. Dit boek steunt op haar wetenschappelijk onderzoek aan het Centrum voor Huisartsgeneeskunde van de Universiteit Antwerpen, onder leiding van prof. dr. Hilde Bastiaens en dr. Luc Debaene.