Pleegzorg kun je beschouwen als een vorm van jeugdhulp. Of als een eeuwenoude manier waarop binnen een gemeenschap wordt gezorgd voor kinderen. Of als invulling van maatschappelijke betrokkenheid. Dat is het allemaal. Maar pleegzorg is vooral een verzameling verhalen over de manier waarop mensen zich verbinden met een kind dat niet bij hen geboren is.
Pleegzorg als vorm van jeugdhulp stopt formeel als een kind eenentwintig jaar wordt, maar pleegouders en volwassen pleegkinderen blijven vaak met elkaar in contact.
Bij elkaar blijven is een weergave van intense gesprekken die de auteurs hebben gevoerd met mensen die op enig moment in hun leven te maken kregen met pleegzorg. Het waren gesprekken zonder vast draaiboek, die zijn opgetekend zoals ze zich voordeden. Gesprekken vol ontroerende momenten, verrassende wendingen en het benoemen van zaken die misschien wel bekend waren, maar toch nog ontdekt moesten worden.
De verhalen leren ons dat pleegzorg veel verder reikt dan ‘de officiële duur’ van een pleegzorgplaatsing. Dat er verbindingen kunnen ontstaan die zo krachtig zijn dat ze, soms een leven lang, van grote betekenis zijn voor iedereen die erbij betrokken is.
Elkaar verhalen vertellen doet je beseffen dat je niet alleen bent en misschien begrijp je jezelf of elkaar beter na het gesprek.
Ahmed Marcouch (burgemeester van Arnhem): ‘Ik denk dat ik het verleden verwerkt heb op mijn eigen manier en misschien nog aan het verwerken ben. Het begint wel met het erover hebben en het verhaal vertellen.’
In dit boek zijn verhalen en portretten gebundeld van pleegkinderen, ouders, pleegouders, eigen kinderen van pleegouders en familie van pleegouders, waarin naar voren komt hoe dat gevoel van ‘wij horen bij elkaar’ is ontstaan.