De tragiek van de goden
In zijn omvangrijke oeuvre is Lucianus (ca. 120 - ca. 180) erop uit gevestigde meningen door te prikken en heilige huisjes omver te werpen. In De tragiek van de goden rekent hij af met de antropomorfe goden uit zijn tijd. Op geestige wijze behandelt hij serieuze onderwerpen als de goddelijke almacht en de vraag of de goden de toekomst kennen.