De fragmenten in deze bundel zullen met instemming gelezen worden, een glimlach ontlokken, ontroering wekken. Misschien ook verontwaardiging en boosheid. Ze gáán ergens over! En hoewel ze gekozen zijn bij thema’s die A.M. de Jong en zijn werk kenmerken, kunnen ze goed op zichzelf gelezen en verstaan worden.
Het was niet moeilijk in het indrukwekkende oeuvre van De Jong treffende woorden te vinden voor deze bloemlezing. Het was moeilijk om rondkijkend in de schatkamers van zijn nalatenschap zoveel moois en goeds te moeten laten liggen. De hoop is dan ook dat de lezer van deze bundel zelf ook weer op zoek gaat naar de rijkdom die deze markante schrijver naliet.
A.M. de Jong (1888-1943) is vooral bekend van Merijntje Gijzens jeugd en jonge jaren, waarvan het eerste deel in 1925 verscheen. Zijn vakmanschap als schrijver, zijn liefde voor het leven en zijn inzet voor een rechtvaardige samenleving, maken hem nog altijd tot een geliefd en relevant auteur.