Akal vertelt het verhaal van George Wilhelm Keller (1928), geboren in Nederlands-Indië als zoon van Indo-Europese ouders. Een veteraan en veerkrachtige verteller die terugblikt op zijn jeugd in Nederlands-Indië en de oorlogen waarin hij vocht.
George groeit op bij zijn opa in Padang, die hem Bo noemt. Wanneer hij hem de kracht van akal leert kennen, voelt de achtjarige Bo zich onoverwinnelijk. Maar alles wordt anders zodra hij terugkeert naar zijn ouders. Met de Japanse bezetting heeft de Tweede Wereldoorlog dan ook Nederlands-Indië bereikt. In een verscheurd land vindt Bo kameraadschap in het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL). Als zijn buurtgenoten van de een op de andere dag vijanden worden, raakt hij ontworteld en op drift. Akal blijkt een levensreddend inzicht. Twee oorlogen later en een illusie armer vertrekt hij naar Nederland, waar de stilte van vele kanten oorverdovend is.