Tristan is de held van de Middeleeuwen, over hem zijn talloze verhalen verteld, in heel Europa. Al
deze verhalen voeren terug op het oorspronkelijke Keltische verhaal dat stamt uit vroeger tijden, uit
de mondelinge overlevering. In de twaalfde eeuw schrijft Béroul als eerste het verhaal van Tristan
op. Zijn roman is niet volledig aan ons overgeleverd. Hier is de Béroul in zijn geheel vertaald, met
een toelichting van de voorafgaande geschiedenis en de vertaling van het vervolg van de Tristan
legende zoals van Thomas, een tijdgenoot. Van andere teksten zijn gedeelten vertaald die
het vervolg op de Béroul vertellen, niet alleen van Thomas, maar ook van o.a schrijvers uit Duitsland
en Scandinavië. De kern van het verhaal is de driehoeksverhouding tussen Tristan, zijn geliefde Isolde en koning Marc. Tristan is de neef van Marc en als wees door hem opgevoed. Isolde is als bruid aan Marc voorbestemd en trouwt met hem. Het noodlot dat bepalend is voor hun geschiedenis doet zich voor in de vorm van een toverdrank. Tristan en Isolde drinken die en daarna is hun liefde, hun noodlot,
onontkoombaar. Deze drank had de moeder van Isolde voor Isolde en Marc in de bruidsnacht bestemd,
maar het toeval bepaalde het anders.
Tristan legt zich niet neer bij zijn lot. Hij probeert op allerlei manieren Isolde te bereiken en voor zich te winnen. Het houdt de lezer in spanning. Zou het hem deze keer lukken? De verrader slaapt nooit!
Tristan is een vurig minnaar, maar ook een dapper en moedig krijger die het koninkrijk van Marc van
de reus verlost heeft, die jaarlijks zijn tol eiste. En al die hij uitdaagt overwint hij. En dan is hij zanger
en harpspeler die zijn eigen muziek componeert. Béroul schrijft kort en bondig, met humor, lef en
poëzie. Dit mooie oude verhaal is voor de lezer nu in het Nederlands toegankelijk gemaakt.