Hanneke Ronnes en Wouter van Elburg onderzochten de vele planmatige afbraakprojecten in de stad 1800 en nu. In golven werden er huizen, straten en hele woonwijken gesloopt. De redenen: doorbraken voor het verkeer, opruimen van achterbuurten en utopische ideeën over een ideale metropool. Economische argumenten gaven altijd de doorslag. In de negentiende eeuw maakten Amsterdammers zich zorgen over het verdwijnen van hun stad. Erfgoedbeschermers, krakers en bewoners van bedreigde buurten hebben delen van de oude stad kunnen redden. In dit boek wordt de dynamiek van utopie en protest geanalyseerd. Amsterdam staat model staat voor de grootschalige sloop en de protesten daartegen die elke Nederlandse stad getekend hebben.