Geen enkel historisch figuur roept zoveel controverse op als
Adolf Hitler. De meesten walgen van de man die de Joden
uitmoordde, enkelen bewonderen heimelijk zijn daadkracht.
De geest van Hitler is nog alom aanwezig. Zolang ouders
hun zonen nog geen Adolf noemen, zolang nummerborden
met de lettercombinaties SA en SS niet worden uitgegeven,
zolang hitlersnorretjes worden geplakt op regeringsleiders,
of zolang de Holocaust nog wordt ontkend,
tot die tijd schuilt Hitler in ons onbewuste als de
postmoderne verpersoonlijking van de duivel.
Maar wie was Hitler werkelijk? In deze biografie vertelt
Jeroen Visbeek zijn levensverhaal met de cyclus van de
twaalf dierenriemtekens. In twaalf levensfases worden
vele facetten van zijn persoonlijkheid belicht: zijn afstotelijke,
maar ook zijn aantrekkelijke kanten, zijn eenzame jeugd,
zijn vriendschappen en relaties met vrouwen, zijn complexen
en moorddadige drijfveren, en de onmiskenbare gaven
en talenten die zijn opmars mogelijk maakten maar ook
tot zijn ondergang leidden.