Dit boek van oud-marinevlieger en historicus Kees Leebeek is geschreven op basis van authentieke bronnen en interviews met nog in leven zijnde bemanningsleden die dienden in Nederlands Nieuw Guinea in de periode van 1950-1960. De primitieve omstandigheden ter plekke vormden het levensechte decor waarin het loyale en plichtsgetrouwe marinepersoneel onder vaak moeilijke omstandigheden en ver verwijderd van huis en haard met deze grote amfibische vliegboten haar bijdrage leverde aan de verdediging van Nederlands Nieuw Guinea.
Aan de hand van een aantal ernstige ongevallen - waarbij helaas tweeëndertig slachtoffers vielen en acht Mariners verloren gingen - vertelt dit boek niet alleen het e c h t e verhaal over deze rampen maar geeft het ook een unieke en onthullende blik achter de schermen bij de Koninklijke Marine
Schrijver
De Commandeur b.d. drs. Kees Leebeek (1944) heeft na de middelbare school enige jaren gevaren als koopvaardijofficier en werd in 1967 als dienstplichtig officier ingelijfd bij de Koninklijke Marine. Daar koos hij voor een functie als vlieger/waarnemer bij de marineluchtvaartdienst. Na vele operationele vliegende plaatsingen ondermeer op de Grumman S2F-Tracker, de Breguet Atlantic en de P3C Orion ging hij - na het volgen van de Hogere en Krijgskundige vorming - het bestuurlijke circuit in. Hij was commandant van de vliegtuigsquadrons 2 en 320 en later commandant van de groep maritieme patrouillevliegtuigen te Valkenburg. Zijn marineloopbaan werd in mei 2000 afgesloten in de functie van vlagofficier marineluchtvaartdienst, tevens souschef operatieën van de Koninklijke Marine. Na zijn leeftijdsontslag studeerde hij geschiedenis aan de universiteit van Leiden. Hij is getrouwd en heeft twee dochters en een zoon en zes kleinkinderen.