De officiële opening op 15 mei 1933 van de N.V. Nederlandsche Ford Automobiel Fabriek in Amsterdam werd begonnen met het voorlezen van een Western Union telegram. De gelukwens van Henry en Edsel Bryant Ford luidde: ‘De inwijding van Uw nieuwe fabriek is een daad van vertrouwen in den dienst, welken de industrie aan de wereld bewijst. Industrie is noodzakelijkerwijze een onmisbaar deel der beschaving en het is onmogelijk zich een vooruitstrevende toekomst in te denken zonder industrie. Wij feliciteren U met uw van een vooruitzienden blik getuigende onderneming en zullen op alle mogelijke wijze uw succes bevorderen.’ Honderden genodigden waren met de auto, een speciale stoomboot of met door het Gemeentevervoer ingelaste bussen naar de gepavoiseerde fabriek en omliggende terreinen gekomen. Onder de aanwezigen waren de Commissaris van de Koningin in de provincie Noord-Holland, jhr. mr. dr. A. Roëll, de burgemeester van Amsterdam, dr. Willem de Vlugt, een aantal gemeenteraadsleden en wethouders, directeuren van takken van de gemeentedienst, militaire autoriteiten, en vertegenwoordigers van de KNAC, de ANWB en de RAI. Ingenieur J.A. Kalff, oud-directeur van de Nederlandse Spoorwegen en vertegenwoordigers van de burger- en militaire luchtvaart hadden evenals talrijke prominenten uit de autobranche graag gehoor gegeven aan de uitnodiging van wat het ‘eerste en eenige automobielfabricatiebedrijf in het land’ werd genoemd. ‘Koop een Ford en spendeer het verschil’ was een verkoopleuze van het merk dat hier te lande in de economische crisisjaren dertig als de onbetwiste marktaanvoerder gold. Dit tweede van vier royaal geïllustreerde delen gaat in op de belangrijkste secundaire auto-industrie die Nederland heeft gekend en op de vele sportieve prestaties die voor de Tweede Wereldoorlog met V8 Fords zijn geleverd. Vlaggenschip Lincoln, de aerodynamische Lincoln Zephyr, middenklasser Mercury, de Britse Y-Ford, de Franse Matford en de Duitse Ford Taunus passeren de revue. Daarnaast komen verschillende aspecten van het toenmalige automobilisme in Nederland ruim aan bod.