En ik smeek u nogmaals, broeders: omdat God liefde is, is alles wat zonder liefde gedaan wordt, niet welgevallig. Hoe zou God gebed, gaven, eerstelingen, of een offer van vruchten aanvaarden van een moordenaar, als hij zich niet tevoren bekeerd heeft, in overeenstemming met wat geschreven staat? Ge zult me natuurlijk zeggen: ìIk ben geen moordenaarî. Ik zal u er niet van beschuldigen dat ge moordenaar zijt, maar Johannes de Theoloog zal u berispen en zeggen: "Iemand die zijn broeder haat, is een moordenaar".
Dus, mijn geliefde broeders, laten we niets verkiezen, noch proberen iets te verkrijgen boven de liefde. Laat niemand iets tegen een ander hebben, laat niemand het kwaad dat hem is aangedaan met kwaad vergelden. Laat de zon niet ondergaan terwijl uw toorn voortduurt, maar laten we daarentegen allen die tegen ons gezondigd hebben, vergeven, en laten we de liefde verwerven, want zij bedekt een menigte zonden.