In de complexe wereld van het onderwijs spelen toetsen en examens een cruciale rol bij het vaststellen van de kennis en vaardigheden van studenten en examenkandidaten. Maar hoe zorg je ervoor dat deze processen eerlijk, juridisch correct én onderwijskundig verantwoord zijn?
Het boek biedt inzicht in de geschiedenis en evolutie van het toetsen, met verwijzingen naar belangrijke theorieën en onderzoeken. Van toetsmatrijzen tot beoordelingsmodellen, en van het vermijden van willekeur tot het bevorderen van transparantie in de uitslagen: dit boek helpt onderwijsprofessionals bij het opzetten en uitvoeren van toets- en
examenprocessen die zowel effectief als rechtvaardig zijn.
Een van de meest opvallende hoofdstukken in dit boek gaat in op de rol van kunstmatige intelligentie in toetsing. Dit is een nieuw en snel nontwikkelend terrein dat nog niet breed is onderzocht in de toetsliteratuur.
Dit boek geeft een inkijk in de mogelijkheden en beperkingen van AI bij het construeren van toetsvragen, wat het extra relevant maakt voor hedendaagse onderwijskundigen en toetsontwikkelaars.
De basis van het boek vormen twee eerdere boeken van de auteur: Zicht op toetsen, uit 1999, en Juridisch correct examineren, een proefschrift uit 2019 naar uitspraken van beroepscolleges in het hoger onderwijs. Uiteraard zijn de teksten geactualiseerd, is de literatuur over toetsen uit de onderwijskunde geüpdatet en zijn de uitspraken van beroepscolleges recenter. Maar vooral worden de twee betrokken disciplines, de juridische en de onderwijskundige, geïntegreerd behandeld.