Russische avant-gardisten zoals Kazimir Malevitsj en Wassily
Kandinsky maakten naam met hun radicale vernieuwingen in
de schilderkunst. Maar zij stortten zich ook op het ontwerp van
interieurs en theaterdecors, gebruiksvoorwerpen en boeken.
De meest verrassende drager voor de nieuwe artistieke
beeldtaal was porselein, nota bene het favoriete materiaal van
de tsaren.
Na de Russische revolutie werd de Keizerlijke Porseleinfabriek
in handen gegeven van de avant-gardisten. De fabriek werd
een broedplaats, waar oude voorraden onbeschilderde
borden en schalen konden dienen als drager voor hun
vernieuwende werk.
Ze gebruikten het ook voor een nieuwe revolutionaire
beeldtaal, beïnvloed door het suprematisme, de stroming
waarvan Malevitsj de grondlegger was. Hierin ontbrak elke
figuratie; afgebeeld werden vooral geometrische figuren zoals
het vierkant, de cirkel en de rechthoek, met primaire kleuren,
wit en zwart.
De parallellen tussen het werk van de Russische avantgardisten
en de Nederlandse kunstenaars van De Stijl,
opgericht door Theo van Doesburg, zijn duidelijk. Voor
Malevitsj, Van Doesburg en Mondriaan was abstracte kunst dé
nieuwe richting voor de toekomst. Maar voor hoe lang?