Wat doe je als universiteitsblad wanneer een student zich meldt met het aanbod om stukjes voor je te gaan schrijven? Over haar ervaringen als coassistent? Dan zeg je "ja graag, maar laat er eerst maar een of twee zien". Want we willen natuurlijk wel weten of de student in kwestie een beetje kan schrijven. Dat wil zeggen: vlot, toegankelijk, geen ellenlange uitweidingen over medische problemen die uitsluitend vakgenoten interesseren, liefst ook niet alleen maar verhalen waar het bloed van afspat, en, als het niet te veel gevraagd is, graag ook een beetje humor. Ze ging het proberen. O ja, we vroegen ook nog of ze een beetje tegen kritiek kon, zodat ze het commentaar en de suggesties vanuit de redactie zonder al te veel tegenstribbelen in haar stukken zou verwerken. Enig lerend vermogen op tekstueel vlak zou zeer op prijs worden gesteld.Overbodig te zeggen dat het allemaal is gelukt. Boeiende verhalen, stuk voor stuk. Niet dat Anna Verhulst alle redactionele opmerkingen voor zoete koek aannam, gelukkig niet. Een schrijver staat voor zijn of haar woorden, ook een aspirant schrijver. Zo hoort het. Maar niemand heeft alle wijsheid in pacht, alles komt neer op de argumenten. En daar luistert Anna naar. En ze brengt ze in, ter verdediging van haar eigen keuzes. Het resultaat: een zeer prettige samenwerking en mooie columns. U heeft een fraaie bloemlezing in handen.Wammes BosObservant, onafhankelijk weekblad van de Universiteit MaastrichtAnna Verhulst (Utrecht, 1991) schreef columns over haar belevenissen als coassistent tijdens het vierde en vijfde jaar van haar geneeskundestudie aan de Universiteit Maastricht.