Dit handige overzichtje behandelt alle begrippen die van belang zijn bij de zinsontleding en de woordbenoeming. Elk begrip komt aan de orde met een korte uitleg en een korte voorbeeldzin waarin met rood het zinsdeel of het woord is aangegeven. Zo zie je meteen of je iets al weet of nog behoefte hebt aan de aanvullende uitleg onder de voorbeeldzin. Ideaal om je geheugen op te frissen als er iets is weggezakt en een onmisbare steun bij je lessen Nederlands, Duits, Engels en Frans.
Zinsontleding: onderwerp - werkwoordelijk gezegde -naamwoordelijk gezegde - lijdend voorwerp - meewerkend voorwerp – bijwoordelijke bepaling - bijvoeglijke bepaling.
Woordbenoeming: zelfstandig naamwoord - bijvoeglijk naamwoord – lidwoord – telwoord - zelfstandig werkwoord – hulpwerkwoord – koppelwerkwoord - persoonlijk voornaamwoord - bezittelijk voornaamwoord - wederkerend voornaamwoord - wederkerig voornaamwoord - aanwijzend voornaamwoord - vragend voornaamwoord - betrekkelijk voornaamwoord - onbepaald voornaamwoord – bijwoord - voegwoord – voorzetsel – tussenwerpsel.