EPICURUS (341-270 vC) is de filosoof van lust en genot, van vriendschap en ascese, de grondlegger van een afgewogen levenskunst. BRIEVEN EN MAXIMEN bevat de drie volledig overgeleverde leerstellige brieven van Epicurus, alsmede de twee verzamelingen spreuken of maximen die op zijn naam staan. In de Brief aan Herodotus behandelt Epicurus de grondslagen van de fysica. En in de Brief aan Pythocles zet hij zijn opvattingen uiteen over de kosmos en de meteorologische verschijnselen. In deze brieven stelt Epicurus principieel dat de individuele waarneming en ervaring als richtsnoer moeten dienen voor kennis en leven. De Brief aan Menoeceus, ondersteund door de spreuken en maximen, bevat Epicurus’ sociale filosofie. In deze geeft Epicurus zijn aanbevelingen en richtlijnen voor een gelukkig leven van vriendschap en rechtvaardigheid, gemoedsrust en genot.
De levensfilosofie van Epicurus blinkt uit door eenvoud en helderheid: geluk moet het doel zijn van alle wijsgerig streven. De vraag is, hoe bereikt de mens zijn ware levensdoel? Wat is werkelijk van waarde in het leven? Epicurus is dan vooral een praktische gids. Onze zintuigen vertellen wat goed voor ons is. Soberheid en zelfbeheersing bepalen de juiste keuze en de juiste mate van geluk, lust en vriendschap.
Keimpe Algra, faculteitshoogleraar filosofie en wetenschapsgeschiedenis van de oudheid aan de Universiteit Utrecht, geeft een gedegen en heldere introductie op het denken van Epicurus, en kenschetst de invloed van Epicurus en het epicurisme op de westerse filosofie.