Het sublieme, een geschrift uit de eerste eeuw na Christus, toegeschreven aan Longinus, is een klassiek traktaat in de geschiedenis van de literaire theorie en kritiek. Het behandelt de middelen waarmee een auteur, spreker of kunstenaar de lezer, toehoorder of beschouwer door een sublieme, esthetische ervaring kan overtuigen en ontroeren. Het gaat bij Longinus in essentie om de weergave van de juiste gedachte in de juiste vorm.
Het sublieme begint als een kritische analyse van comtemporaine en klassieke auteurs. Doorslaggevend criterium, en Longinus laat dat steeds met voorbeelden zien, is de eenheid van stijl en inhoud. Aan de hand van een reeks categorieën kan men de kwaliteit van een werk beoordelen. De kwaliteit van het literaire werk kan men aan de effecten ervan aflezen.
In het vervolg bespreekt Longinus, als ware het een handleiding, het gebruik van de juiste stijlmiddelen. De techniek van de uiteenlopende vaardigheden als compositie, pathos, conceptie, ritme, stijlfiguren moet een tweede natuur worden. Pas dan kan een kunstenaar zijn publiek die sublieme ervaring bezorgen.
Het sublieme staat in de antieke retorische traditie van esthetische beschouwingen als de Poetica van Aristoteles en de Ars poetica van Horatius, en is de inspiratie geweest van een classicistische literaire traditie in de nieuwe tijd. Op dit moment kan het traktaat van Longinus zich verheugen in een hernieuwde belangstelling voor de retorica en de literaire esthetica.
De nieuwe vertaling van Michiel Op de Coul heeft een heldere stijl, is in hedendaags Nederlands gesteld en doet recht aan de criteria van de originele tekst. De inleiding van C.M.J. Sicking is verhelderend en informatief, en het nawoord van Jeroen Bons beschrijft de geschiedenis van het sublieme-begrip.