Traditionele beelden van de priester als 'man Gods' hebben de afgelopen decennia ann geldigheid ingeboet. Achter die constatering gaat een complex historisch debat schuil dat ook kerkpolitiek nog steeds doorwerkt. Dat debat kan veel winnen bij het recente perspectief van de cultuurhistorisch gerichte religiegeschiedenis. De bijdragen in deze bundel vermijden oude stereotiepen en stereotyperingen. Hier gaat het dan ook niet langer om priesters als verlengstuk van de hiƫrarchie, maar wordt deze groep als het ware van binnenuit gedifferentieerd aan een analyse onderworpen. Het accent valt op voorbeelden en zelfbeelden, mannelijkheid en vrouwelijkheid, corpsgeest en individualiteit.