Vanaf de zomer van 1942 werden joden bijeengebracht in de Hollandsche Schouwburg aan de Amsterdamse Plantage Middenlaan, om van daaruit gedeporteerd te worden. Omdat de schouwburg erg vol was, werden kinderen tot 14 jaar ondergebracht in een bestaande crèche aan de overkant. Vlak onder de ogen van de Duitsers slaagden verzetsmensen erin om zo'n 500 kinderen administratief en fysiek te laten 'verdwijnen'. Ze werden, met toestemming van hun ouders, de crèche uit gesmokkeld en ondergebracht bij gastgezinnen elders in het land. Dit prachtig geïllustreerde boek, dat verschijnt bij een tentoonstelling in het Verzetsmuseum, bevat vijftien heel verschillende maar stuk voor stuk aangrijpende verhalen van geredde 'kinderen' over hun onderduiktijd en de verwarrende periode vlak na de bevrijding. De inleiding vertelt hoe het er in de crèche aan toeging en belicht de rol van de joodse verzetsmensen.