Een vrouw met een leven als een elstar belandt tijdens haar dagelijkse boodschappen in de supermarkt op een vreemd feestje. Een aannemer doet wel erg lang over de verbouwing van een kleine badkamer en een leraar krijgt tijdens een examen plotseling medelijden met zijn zwoegende leerlingen. In ‘Touw’ verandert de kattenoppas een grachtenpand in een berglandschap. Ze heeft haar tent opgezet naast de keukentafel. ‘Overdag zie ik vanuit mijn tent de wolken voorbijtrekken. Vijf gaten heb ik gehakt, in vijf vloeren. Het dakraam heb ik opengezet zodat de vogels vrij spel hebben. In kamp 1 heeft een merel een nest gemaakt op de linnenkast.’
Ogenschijnlijk gewone mensen komen in verrassende situaties terecht. De spanning tussen binnen- en buitenwereld is steeds aanwezig.