Toen Simone de Beauvoir in 1949 «Le deuxième sexe» als tweedelige studie publiceerde, sloeg het boek in als een bom. Dit even radicale als monumentale werk beschreef in vrijmoedige woorden hoezeer het «zwakke» geslacht een historisch maaksel was, een culturele constructie van een door mannen gedomineerde wereld. «De tweede sekse» veroorzaakte een schandaal. Niet alleen in behoudende kring was men geschokt door de onverbloemde behandeling van onderwerpen zoals seks, menstruatie, lesbianisme, zwangerschap en lichamelijk verval, maar ook de progressieve, masculiene bohème werd nu genoodzaakt tot een pijnlijk zelfonderzoek door dit epoche-makende vertoog over de feiten, de mythen en de beleving van het vrouw-zijn. In het eerste deel van dit werk beschrijft Simone de Beauvoir hoe tradities, religies, bijgeloof en quasiwetenschappelijke theorieën de vrouw op het tweede plan hebben vastgenageld. Ook behandelt zij hoe in de loop der historie het begrip «echt vrouwelijk» is ontstaan, en welke rol dit speelde in het mensbeeld. In het tweede deel toont Beauvoir aan hoe de verheerlijking van het moederschap de vrouw tot slaaf maakt, hoe de man de vrijheid steelt van de vrouw door haar tot object te maken, hoe de vrouw medeplichtig wordt aan haar eigen lot, en waarom de vrouw steevast is gedefinieerd als «de ander».
Sinds het verschijnen geldt De tweede sekse als een mijlpaal in het denken over mens en samenleving, en als een werk dat de manvrouw verhouding diepgaand heeft beïnvloed. Dit is een van die zeldzame geschriften die het aanzien van onze tijd daadwerkelijk veranderden. De tweede sekse is een boek dat tot de geestelijke bagage van eenieder - vrouw of man, jong of oud - dient te behoren.
«Je wordt niet als vrouw geboren, je wordt tot vrouw gemaakt.» - Simone de Beauvoir
«Een monument van een boek.» - Opzij