Behalve filosoof en onderzoeker van de geest was Rudolf Steiner ook kunstenaar. Zijn bekendste schepping is wel het zgn. eerste Goetheanum, een houten bouwwerk van kolossale afmetingen, waarin een synthese van architectuur, beeldhouwkunst en schilderkunst werd nagestreefd. De voordrachten in dit boek hield Steiner in de tijd dat dit gebouw verrees. Steiner zag kunst als hét middel om de verzakelijkte, ontzielde wereld waarin wij leven weer een ziel te geven. Daarvoor is een nieuwe artistieke benadering nodig, die er niet op uit is om te verfraaien, maar om het innerlijk van de dingen zichtbaar te maken. Meer in het algemeen pleit Steiner ervoor de weg van het inzicht te verbinden met de weg van het gevoel, van de inleving. Door ons in te leven in kleuren, vormen en klanken, worden deze tot `vensters' naar een wereld waar de schepping altijd verder gaat. (GA 275) Werken en voordrachten, deel h2.